Fenomeen doet 25% arbeidstijd verloren gaan, waarschuwt consultant Nele Verrezen
Roddelen, stiekem fluisteren, speculeren over collega’s of bazen: we doen het allemaal wel eens. Of meer dan eens. Op zich is dat ook geen halsmisdrijf. Het is eigen aan de menselijke natuur. Maar soms kan roddelen in een bedrijf, in een organisatie, op de werkvloer dusdanige proporties aannemen dat het erg schadelijke gevolgen heeft. En dan moet je ingrijpen.
Consultant Nele Verrezen verdiepte zich in de kwestie en weet er alles over. Of toch bijna. Nele Verrezen van het adviesbureau Marcells Journey studeerde criminologie. Ze is al langer geïnteresseerd in de vraag waarom mensen bepaalde grenzen opzoeken en overschrijden. In heel wat bedrijven en organisaties en ook uiteraard op overheidsdiensten wordt er flink wat afgeroddeld. “De negatieve vorm van roddelen heeft een grote impact op werknemers en teams”, weet Nele. “Ik wilde me graag verdiepen in dit fenomeen. Het is op zich niet zo moeilijk om dit een halt toe te roepen.”
Het studiewerk over roddelen resulteerde in het boek ‘Gekonkelfoes in organisaties. Waarom roddelen niet zo onschuldig is’, uitgegeven bij Politeia.
Ons Recht: Waarover gaat je boek precies?
Nele: “Roddelen is een containerbegrip. Je hebt positieve en negatieve vormen. Mijn boek gaat over de negatieve variant: bewust slecht spreken over anderen om er zelf beter van te worden. Roddelen kan ook positief zijn: soms kan het mensen dichter tot elkaar brengen en de groepsbinding in de hand werken. In de titel van het boek verwijzen we naar ‘gekonkelfoes’ omdat het zo makkelijker is om het thema bespreekbaar te maken. We kozen bewust voor dat woord.”
Ons Recht: Mannen en vrouwen roddelen allebei, maar wel anders, is jouw stelling?
Nele: “Bij mannen ontploft een situatie, het wordt uitgepraat en ze kunnen weer voort. Bij vrouwen is het allemaal sluwer en venijniger. Als er tussen vrouwen conflicten zijn, blijven die vaak voort sluimeren; het duurt langer om ze helemaal op te lossen. Aanvankelijk kregen wij veel vragen over roddelen uit de gezondheidszorg, het onderwijs, diensten van steden en gemeenten: allemaal plekken waar nogal veel vrouwen werkzaam zijn. Naderhand kwamen er ook vragen uit productiebedrijven en de wegenbouw, waar de mannen domineren.”
Ons Recht: Onderzoek leert dat 25% van de arbeidstijd in bedrijven en organisaties verloren gaat aan een negatieve vorm van roddelen. Kijk je daarvan op?
Nele: “Toch wel eigenlijk. Voor een werkdag van 8 uur praat je dan over 2 uur die wordt verspild aan gedoe in het team. En dat is maar een gemiddelde. In sommige werk-omgevingen ligt het percentage dus nog hoger. Stel je voor wat voor een economisch prijskaartje daaraan vasthangt. Al dat roddelen leidt tot conflicten in teams en doet veranderprocessen stilvallen of vertragen. Werkgevers beseffen dat ze hierop moeten inzetten. Al moet ik wel erkennen dat mijn klanten doorgaans ondernemingen zijn die al beter scoren qua personeelsbeleid.”
Het begint onschuldig
Ons Recht: Kan je het roddelfenomeen eens wat beter ontleden? Hoe gaat het in zijn werk?
Nele: “Het begint vaak allemaal onschuldig. Naarmate meer mensen erbij betrokken raken, wordt het roddelen een groter verhaal dat soms gewoon uitmondt in pesterijen. Als roddels worden gevoed, wordt het alleen maar erger. Naarmate een roddel wijder bekend raakt, krijg je een sneeuwbaleffect. En op een bepaald moment krijg je een self-fulfilling prophecy: het slachtoffer begint zelf te geloven wat er over hem of haar wordt rondverteld en zal zich hiernaar gedragen. ‘Zie je wel?!’, zal de roddelaar dan opmerken. Typerend is ook dat roddelen vaak gebeurt in kleinere groepen van maximaal vijf of zes personen.”
Ons Recht: Zonder openheid en vertrouwen kan een team of dienst niet goed werken, zeg je in het boek?
Nele: “De vorm van roddelen die ik beschrijf is een negatief communicatiesysteem. Je moet juist ijveren voor een positief communicatiesysteem, waarbij vooral positieve feedback wordt gegeven, met ruimte voor kritiek wanneer nodig. Zo’n positief communicatiesysteem kan alleen gedijen in een klimaat van vertrouwen. Mensen moeten het gevoel hebben dat ze erbij mogen horen. In een aantal bedrijven is het ons gelukt een cultuur van positieve feedback te installeren om het roddelgedrag te laten ophouden.”
Bijenkoningin
Ons Recht: Jij spreekt van een rolverdeling in roddelculturen?
Nele: “De roddelaar, een man of vrouw, is de bijenkoningin. Daarrond zitten de lucifers, de hofhouding, zij die informatie gaan halen en terugbrengen. Struisvogels zijn collega’s die het allemaal zien gebeuren maar niet reageren. Actievoerders zijn collega’s die kunnen ingrijpen, maar dat vergt wel enige moed. Het is zaak om actievoerders en struisvogels te activeren zodat het roddelen ophoudt. Als je de informatiestroom kan droogleggen, stopt het roddelen ook.”
“Potentiële actievoerders zijn sterke, mondige mensen. Als zij met een paar uit hun pijp komen, kan dat een serieus effect hebben. Leidinggevenden moeten in principe reageren, zij mogen zich niet als struisvogels gedragen. Maar soms is een leidinggevende zelf een roddelaar, of behoort hij tot de hofhouding van een roddelaar.”
“Roddelaars willen maar al te graag dicht bij leidinggevenden staan, en in belangrijke overlegorganen of werkgroepen willen zitten. Niet omdat ze die erkennen in hun rol, wel om als eerste informatie op te sporen en ook in de geformaliseerde kaders in de organisatie controle te vergaren. Ze krikken hun reputatie op en creëren mist door erg behulpzaam en meedenkend te zijn. Roddelaars halen erg veel energie uit lobbywerk en politieke spelletjes in organisaties.”
Motieven
Ons Recht: Er zijn blijkbaar uiteenlopende motieven om te roddelen?
Nele: “Inderdaad. In een aantal ondernemingen willen werknemers liever niet eruit springen. De roddelcultuur zit daar als het ware achter het behang, en nieuwkomers nemen die gewoon over.”
“Maar er zijn ook mensen die roddelen om frustraties te uiten. Over collega’s of over veranderingen in het bedrijf. Roddelen is in zo’n geval een uitlaatklep. Maar het is ook gevaarlijk, want je gebruikt anderen om je ergernissen te ventileren. Op die manier dreigt dat een systeem te worden.”
“Het komt ook voor dat er wordt geroddeld om de schijnwerpers op anderen te richten en zo eigen fouten weg te moffelen. Net zoals het gebeurt dat iemand begint te roddelen om in het middelpunt van de belangstelling te staan! Probleem is dan wel dat je steeds sterkere verhalen moet bedenken om aandacht te blijven krijgen. Het wordt dan verslavend.”
Psychopaten
Ons Recht: Je schrijft over het bestaan van ‘psychopaatjes op de werkvloer’. “Als het goed gaat in een team kwijnen die weg. Maar als het tij begint te keren, zijn ze in hun sas. Ze doen dat vaak bij opeenvolgende werkgevers.”
Nele: “Zulke psychopaatjes kan je best aan de deur zetten want ze laten een slagveld vol slachtoffers achter. Die genieten daar écht van. Als je zulke personen in de organisatie hebt, krijg je dat niet opgelost. Psychopaten herhalen hun gedrag bij elke werkgever waar ze terechtkomen. Als er gedoe ontstaat in een team, krijgen ze daar energie van.”
Ons Recht: Welke factoren of omstandigheden werken roddelen in de hand?
Nele: “Een deel van het probleem is te wijten aan individuele factoren. Maar er zijn ook omstandigheden die roddelen stimuleren. Roddelen komt bijvoorbeeld vaker voor in bedrijven die niet investeren in hun mensen en die communicatie en teambuilding niet belangrijk vinden. Het steekt ook dikwijls de kop op wanneer er veranderingen zijn in teams. Aan het individu kan je niet veel veranderen. Maar aan omstandigheden kan je wel sleutelen. Je kan bijvoorbeeld investeren in een positieve feedbackcultuur en in een sterkere teamgeest.”
Ons Recht: De Nederlandse psychologe Aafje Brandt kwam tot de bevinding dat wat anderen over jou vertellen een grote impact heeft op wat mensen over je denken. Babbelen ze positief over jou, dan zullen anderen je aardiger vinden. Maar als ze met modder gooien, lijdt je reputatie daaronder.
Nele: “Dat klopt. Wat je over jezelf vertelt, weegt minder door dan wat anderen over je zeggen. Als iemand anders kwaadspreekt over jou, vergt het grote inspanningen om dat zelf weer recht te trekken. Stel dat iemand rondbazuint dat Véronique geen betrouwbare collega is: dan is het een enorme klus voor Véronique om die roddel te ontkrachten. Een bijkomend probleem is dat collega’s vaak struisvogelgedrag vertonen: zij steken hun kop liever in het zand en bemoeien zich liever niet als er problemen zijn.”
Ons Recht: Wat zijn de effecten als er veel wordt geroddeld?
Nele: “Soms zijn de effecten klein, soms gaat dat heel ver. Het is niet denkbeeldig dat klanten of patiënten merken dat de bedrijfscultuur is verziekt door roddelgedrag. Soms vertrekken klanten, en dan zakken de resultaten. In andere gevallen stappen goede medewerkers op omdat ze de situatie beu zijn, en dan blijven de minder sterke collega’s over. Als er veel wordt geroddeld, kan een bedrijf ook een kwalijke reputatie krijgen op de arbeidsmarkt, met als gevolg dat er veel minder kandidaten reageren op werkaanbiedingen.”
“Roddelen kost ook veel arbeidstijd, zoals al aangehaald. Werknemers worden ziek of vallen uit. Sommige bedrijven, diensten of teams gaan kapot aan roddelpraktijken. Het gebeurt dat een bedrijf een belangrijk contract of samenwerkingsverband misloopt. En ook veranderprocessen lopen averij op door een hardnekkige roddelcultuur.”
Vakbond
Ons Recht: Wat kan de vakbond op de werkvloer doen?
Nele: “Op zich zou je verwachten dat slachtoffers van geroddel gaan praten met een vakbondsafgevaardigde, maar dat blijkt vaak niet te gebeuren. Ze zullen eerder contact opnemen met een preventieadviseur of iemand van de personeelsdienst. En dat vind ik een probleem. In dit soort zaken zou het preventiecomité (CPBW) juist een belangrijke rol moeten spelen.”
“Ik weet dat heel wat vakbondsmilitanten prima werk verzetten. Maar soms heb je ook afgevaardigden die zelf roddelen of anderen de hand boven het hoofd houden. Zij voelen zich beschermd door hun statuut. Het is belangrijk dat vakbonden daartegen optreden en mee een signaal geven. Het zou hen veel extra krediet op de werkvloer opleveren.” |
Ons Recht kan 3 exemplaren wegschenken van ‘Gekonkelfoes in organisaties. Waarom roddelen niet zo onschuldig is’. Wil jij dit boek graag winnen?
Meld je interesse door een mailtje te sturen naar