Hoe leger het ‘oude’ platteland loopt, des te intenser en mooier de films erover worden. Enkele maanden geleden maakten we in ‘Le petit paysan’ nog kennis met een jonge boer die serieus over de schreef ging om zijn boerderij te redden. Omdat hij, naar eigen zeggen, ‘niets anders kon’. Van John Saxby, de prille veehouder in Francis Lee’s ‘God’s Own Country’, kan je wellicht hetzelfde zeggen. Alleen: zelfs dat kan hij niet goed.
Saxby, met zijn lethargische kop en zijn botte manier van doen, koestert het boerenleven in ‘zijn’ West Yorkshire namelijk niet. Maar hij moet wel dagelijks de hort op, want zijn zieke vader en zijn grootmoeder zijn afhankelijk van hem. Alcohol en snelle seks met anonieme jongens vormen een schamel excuus voor verstrooiing in een kil en eenzaam bestaan tussen beesten, stugge medemensen, meststallen en dry stone walls.
In de lammertijd huurt vader Saxby een Roemeense seizoensarbeider in om hen uit de nood helpen. Gheorghe weet hoe uitzichtloos het boerenbestaan kan zijn: “In mijn land kan je geen steen gooien zonder een grootmoeder te raken die treurt om haar kinderen die zijn weggetrokken.” Maar hij weet ook hoe hij moet omgaan met de dieren op het land. En met mensen die het eerste woord dat naar genegenheid neigt nog over de lippen moeten krijgen…
Francis Lee tekent met zijn eerste film voor een vrank liefdesdrama, dat qua verhaallijn ‘klassieke’ paden lijkt te bewandelen. Maar het is niet zozeer het verhaal als de sensuele manier waarop het is verteld, dat dit debuut ver boven de middelmaat én het geheide coming-out-gegeven tilt. Lee poot zijn camera neer in een aarde die hem onmiskenbaar vertrouwd en lief is.
God’s Own Country zoomt het eerste kwartier zonder verschoning in op een weggegooid, achteloos leven. Een – letterlijke – seksuele worsteling schudt John dooreen, en wakker. Maar meer nog dan met zijn seksualiteit, brengt het even gedecideerde als delicate toedoen van Gheorghe de emotioneel verstarde boerenzoon in het reine met zijn eigen menselijkheid.
De warmte die Francis Lee daarbij door zijn scènes, zijn frames, zijn landschap én zijn mensen blaast, is hartveroverend en maakt van dit onsentimenteel maar teder drama een heerlijke kijkervaring. Een ferme eersteling, met innemende vertolkingen van Josh O’Connor en Alec Secareanu, Ian Heart en Gemma Jones. |
‘God’s Own Country’ is sinds 21 maart te zien in de Belgische cinema’s.