Meeste ‘millennials’ springen niet van de ene naar de andere job
Jongeren hebben het almaar moeilijker om vast werk te vinden. Vier op tien jongeren moeten het doen met een tijdelijk arbeidscontract. Tien jaar geleden waren dat er nog drie op tien. De stijging is opvallend, zeker omdat ze zich in geen enkele andere leeftijdscategorie voordoet. Desondanks blijft een vast contract de eerste wens van jongeren.
Wie dacht dat de nieuwe generatie niet meer zit te wachten op een vast contract, slaat de bal grondig mis. Een studie van de Vlerick Business School leert dat niet meer dan één op vijf van de hooggeschoolde laatstejaarsstudenten tijdens de loopbaan geregeld van werk wil veranderen. De ‘millennials’ – personen geboren tussen 1980 en 2000 – zijn dus niet de ‘jobhoppers’ waar ze vaak voor worden versleten.
Veel tijdelijke banen
En toch moeten jongeren almaar vaker vrede nemen met een tijdelijk contract. Voorstanders zeggen dat jongeren op die manier kennis kunnen maken met de arbeidsmarkt en kunnen doorgroeien naar een vaste baan. In de praktijk blijkt dat veel minder vanzelfsprekend, zeker voor jongeren met weinig vaardigheden of competenties. De onzekerheid van hun situatie maakt hen kwetsbaar en ontevreden.
Aan die onzekerheid zijn ook voor werkgevers nadelen aan verbonden. Werknemers die niet weten of ze enkele maanden later nog dezelfde job zullen hebben, zijn namelijk niet geneigd om na te denken over innovatie, laat staan om initiatieven te nemen in die zin. Ze worden ook niet uitgedaagd om dat te doen, wat dan weer een negatieve invloed heeft op hun persoonlijke ontwikkeling.
Jongeren moeten almaar vaker vrede nemen met een tijdelijk contract.
Toch lijkt het niet ondenkbaar dat het aantal jongeren met tijdelijke contracten in de toekomst nog zal groeien. Vooral in onze buurlanden komt uitzendarbeid bij jongeren nog veel meer voor. Maar wie zit er te wachten op zo’n soort inhaalbeweging? De jongeren zelf in ieder geval niet. Samen met hen kiest de LBC-NVK voor vaste, kwaliteitsvolle jobs, mét toekomstperspectief.