Volgend jaar trekken we met z’n allen naar de stembus voor gemeentelijke, provinciale, federale, regionale én Europese verkiezingen. Elk van die politieke niveaus heeft impact op ons dagelijkse leven – het ene al wat zichtbaarder dan het andere. En de ideologische kleur van de kandidaten heeft weldegelijk een sterke invloed op hun beleidskeuzes. De impact is enorm, zelfs wanneer die minder in het oog springt.
Zo stelt Europa spelregels op inzake consumentenbescherming – denk maar aan voedingsnormen, passagiersbescherming of universele oplaadnormen voor elektronische apparatuur. Maar ook op vlak van welzijn, veiligheid en welvaart heeft Europa een stevige vinger in de pap.
Eén van de belangrijkste hefbomen waarmee Europa het beleid van de deelstaten stuurt, is het Stabiliteitspact. Dat kwam er om de stabiliteit van de euro te garanderen na de oprichting van de Economische en Monetaire Unie en het verdrag van Maastricht in 1992. Het pact verplicht de lidstaten om hun overheidstekort te beperken tot 3% van het bruto binnenlands product (bbp). En de overheidsschuld mag niet hoger oplopen dan 60% van dat bbp.
Ook de Belgische regeringen moeten zich aan die Europese spelregels houden. Onze sociale zekerheid, ons fiscaal beleid, ons milieu- en klimaatbeleid, ons investeringsbeleid, ons veiligheidsbeleid, ons publiek transport, ons onderwijs, onze gezondheidsvoorzieningen … zijn allemaal onderhevig aan dat Stabiliteitspact.
De invloed van het pact op de beleidskeuzes heeft er de afgelopen tien jaar toe geleid dat de kloof tussen de rijksten en de armsten alleen maar groter is geworden. Dat zeggen niet alleen de vakbonden, het is ook één van de centrale stellingen in het grondig doorwrochte boek De Ongelijkheidsmachine dat Paul Goossens eerder dit jaar publiceerde.
Nu de coronacrisis voorbij is, waarbij Europa wat meer souplesse tolereerde in het begrotingsbeleid om de samenleving door de pandemie te helpen, dreigt een kille terugkeer naar het stringente Stabiliteitspact. Dat willen we niet.
Samen met de Europese vakbonden zeggen we dat op 13 december luid en duidelijk tijdens een manifestatie in Brussel. We willen geen terugkeer naar een strak besparingsbeleid waarvoor werknemers de rekening betalen. Het Europa van morgen moet financiële ruimte bieden voor een sociaal klimaatbeleid, zodat iedereen mee kan in de transitie naar een leefbare planeet. Daarom stappen we op zondag 3 december óók mee op in de Klimaatmars, waarover je verder in dit magazine meer leest. Wij maken er alvast een sociaal en klimaatbewust najaar van.
Standpunt: Stefaan Decock | Afbeelding: Dries Luyten