Sinds begin april hebben 609 onthaalouders eindelijk definitief een statuut als werknemer. “We proberen ervoor te zorgen dat ook de andere 3.200 onthaalouders binnenkort voor dat werknemersstatuut kunnen kiezen”, klinkt het hoopvol bij Nathalie Winters, die voor ACV Puls de onderhandelingen voerde.
Deze wettelijke verankering van het werknemersstatuut voor onthaalouders is het resultaat van een decennialange vakbondsstrijd. In 2015 werd een opening gecreëerd via een proefproject dat een werknemersstatuut gaf aan een kleine testgroep. De voorbije jaren werd de groep uitgebreid. Intussen gaat het om 609 onthaalouders, die nu hun tijdelijke statuut definitief zien worden.
“Eindelijk heb ik dezelfde rechten als andere werknemers!”
Rechten
“Maar de overgrote meerderheid van de onthaalouders zit nog steeds in het zogenaamde sui generis-statuut”, legt Winters uit. “Dat geeft geen recht op betaalde vakantie, uitkeringen bij ziekte, pensioenopbouw… En als één of meer kindjes niet komen opdagen, voelen ze dat meteen in hun portemonnee, ook al zijn ze die dag even goed aan het werk. Met het werknemersstatuut worden die problemen opgelost.”
Dat heeft ook Sandra Bogaert ontdekt. Zij was één van de onthaalouders die in 2015 in het proefproject stapte. “Eindelijk had ik sociale zekerheidsrechten zoals andere werknemers. Verlof, ziekte, pensioen… Ik had er eindelijk recht op. En ik hoefde ook niet meer alle dagen acht kindjes op te vangen om een leefbaar inkomen te hebben, want dan wordt de job bandwerk. Veel meer dan voeden en verzorgen zit er dan niet in. Voor de ontwikkeling van het kind is er geen tijd. Door het werknemersstatuut kan ik nu ruimte creëren om meer aandacht te geven aan de ontwikkeling van de kindjes.”
Nog verbetering mogelijk
Voor Sandra is het definitieve statuut een grote stap vooruit. “De voorbije jaren was het altijd afwachten of het proefproject verlengd zou worden. Dat is nu voorbij.” Maar er staan ook nog wat andere verbeteringen op haar verlanglijstje. “Ik hoop dat in de toekomst nog meer onthaalouders van dit statuut zullen kunnen genieten, want dat is op dit moment nog niet het geval. Dat is voor verbetering vatbaar.”
Auteur: Jan Deceunynck