‘Nee, wij willen nooit meer terug naar het oude normaal’
Op de valreep van 2020 bereikten vakbonden, werkgever en overheid een akkoord over een stijging van de lonen in de non-profit. De coronacrisis had de overheid met de neus op de feiten gedrukt dat een stevige opwaardering nodig was.
Mark Selleslach zit sinds halverwege vorig jaar in volle onderhandelingsmodus. Als sectoraal coördinator voor de non-profit zat hij aan tafel met overheid en werkgevers om het non-profitpersoneel eindelijk de erkenning te geven die ze verdienen. “Niemand kon er nog omheen dat er een serieuze inspanning nodig was voor het personeel in de sector. In het verleden moesten we loononderhandelingen afdwingen om steeds kleine stapjes vooruit te kunnen zetten. De stap die we nu zetten, zou aan het tempo van het verleden 15 jaar geduurd hebben.” Het bereikte akkoord is dus best historisch te noemen.
De eerste stap naar dit akkoord was de digitale actiedag op 18 juni. Die stelden de problemen op scherp: te weinig volk, onvoldoende beschermingsmateriaal, lage lonen… kortom een gebrek aan feitelijke erkenning door de overheid, die in schril contrast stond met het applaus in de straten voor de ‘helden van de zorg’. “Dat waren ze natuurlijk al langer, maar nu werd het algemeen zo benoemd,” legt Selleslach uit. Op 7 juli volgde een akkoord over betere loon- en arbeidsvoorwaarden in de federale non-profitsectoren. Er werd 1 miljard extra vrijgemaakt voor het personeel in o.a. de ziekenhuizen en de thuisverpleging. Daarover las je al uitgebreid in een eerder nummer van dit magazine.
Gelijk loon voor gelijk werk
Maar het personeel in de Vlaamse sectoren bleef nog in de kou staan. Voor hen was het wachten op een akkoord tot 24 november. “Toen bereikten we met de Vlaamse regering een akkoord over 677 miljoen voor de woonzorgcentra, de gehandicaptensector, de geestelijke gezondheidszorg, de revalidatiecentra, de kinderopvang, de gezinszorg… Met dat budget konden we hetzelfde doen voor het personeel in die sectoren.” Want dat was van meet af aan de doelstelling. “We wilden geen verschil tussen de sectoren. ‘Gelijk loon voor gelijk werk’ is altijd ons motto geweest. Een verpleegster in een woonzorgcentrum moet even veel verdienen als in een ziekenhuis.”
Het akkoord is nog niet tot in alle details uitgewerkt. Maar vast staat dat elk personeelslid in de federale én Vlaamse non-profit vanaf dit jaar minstens 1,7 % opslag krijgt. “Dat lijkt misschien niet heel veel, maar voor nogal wat personeel zit er méér vooruitgang in,” legt Selleslach uit. Gemiddeld stijgen de lonen met 4,5%. Voor nogal wat mensen wordt het dus meer dan 4,5%, voor anderen iets minder. Dat hangt af van onder andere je functie en je anciënniteit. Maar voor iedereen komt er minimaal 1,7% bij. “De opslag geldt voor de meeste sectoren vanaf januari. Voor anderen pas vanaf april.Maar deze maand zal je het nog niet op je loonbrief zien,” legt Selleslach nog uit. “Uiterlijk tegen juli worden alle lonen effectief aangepast. En met terugwerkende kracht! Het extra loon voor de eerdere maanden van dit jaar krijg je er dan meteen ook bij.”
Structurele vooruitgang
Selleslach is blij dat de vakbond meer uit de brand heeft kunnen slepen dan de consumptiecheque die de regering eerst op tafel legde. “Die is natuurlijk ook welkom, maar een eenmalige premie van 300 euro verandert niks aan het feit dat de lonen in de sector structureel te laag zijn. Een aantal jaren geleden bereikten we een principieel akkoord over een loonsverhoging. Maar er was geen geld, dus moest het in kleine stapjes. Nu zetten we in één keer een grote stap vooruit. De loonsverhoging gaat meteen in vanaf 2021.”
Het gaat overigens ook niet alleen om betere lonen. “Er is ook geld uitgetrokken voor extra personeel. Niet onbelangrijk las je de wachtlijsten in de zorg ziet. Nu komen er in één slag duizenden medewerkers bij. Dat gaat merkbaar zijn in alle instellingen. Overal kan de werkdruk een stukje omlaag door de extra handen. Het zal er nu op aan komen om personeel te vinden. Daarom worden programma’s opgezet om de overstap van werknemers uit andere sectoren te vergemakkelijken.”
Ook de komende maanden ligt er nog werk op de plank. “We moeten nog afspraken maken over maatregelen om de jobkwaliteit op te krikken. “Het gaat over bijvoorbeeld thuiswerk, langere periodes van aaneensluitende vakantie, betere regelingen voor wachtdiensten en permanenties, … Belangrijke thema’s om de combinatie werk en gezin te vergemakkelijken en de jobs aantrekkelijker te maken. Want de non-profit is een sector met heel mooie en waardevolle jobs. Maar het moet wel leefbaar blijven. Dus nee, wij willen nooit meer terug naar het oude normaal