Het fameuze Zomerakkoord van de regering-Michel komt ook neer op een nieuwe verlaging van de werknemerspensioenen. Dat constateren de vakbonden gezamenlijk. Drie van de regeringsmaatregelen bewijzen dat de werknemerspensioenen duidelijk worden geviseerd.
Om te beginnen zullen werknemers die met SWT (brugpensioen) gaan in het algemene stelsel – dus niet in het kader van een herstructurering of wegens zwaar beroep – minder pensioen krijgen. Voor de berekening van het pensioen zullen hun jaren SWT niet langer meetellen op basis van het laatste loon maar op basis van een minimumloon.
Werknemers die langer dan één jaar naar werk zoeken zullen ook de dupe worden van de nieuwe, slechtere pensioenberekening. Deze werknemers hebben niet alleen het probleem dat ze hun werk verliezen en dus inkomensverlies lijden. Neen, later zullen ze ook nog ’s een lagere uitkering krijgen wanneer ze met pensioen zijn.
Verder ziet het ernaar uit dat werkzoekenden en SWT’ers nog op een andere manier worden gestigmatiseerd. Zo lijkt het niet uit te sluiten dat werknemers die voor hun 20ste zijn beginnen werken en die later met SWT worden gestuurd – ook wegens herstructurering of zwaar beroep – voor die SWT-jaren worden bestraft in hun pensioen. Er was een ‘compensatiemechanisme’ waardoor voor werknemers met meer dan 45 jaar loopbaan de eerste lage lonen werden vervangen door hun latere hogere lonen; maar dat mechanisme zou sneuvelen.
Voor het ACV en de andere vakbonden pleegt de regering contractbreuk. De nieuwe maatregelen zouden ingaan op 1 januari 2019.
Blijkbaar is er de regering niets aan gelegen om de eindeloopbaan werkbaar te maken en positieve maatregelen te treffen, zeggen de bonden. “Mensen bestraffen door te lage pensioenen nog te verlagen is het nieuwe normaal. Wij willen werkbaar werk voor iedereen, en we willen ook een deftig pensioen voor iedereen.”